Zes verhoogd:
.
.
5e negen:
.
.
.
4e zes:
.
.
.
3e zes:
.
.
.
.
2e zes:
.
.
.
.
.
Negen onderaan:
.
.
Gekweld een paard bestegen hebbend,
als bloed druppelend gelijk stromen.
.
Opstallen van de rijkdom.e
Geringe divinatie is fortuinlijk,
grote divinatie een valkuil.
.
Gekweld een paard bestijgen als vragend om verwardee
verrijking.
Doorgaan is fortuinlijk, niets onbegenadigend.
.
Dierbaren jagen zonder bloem;e
slechts tot in de rand van het woud.
De gecentreerde bovenpersoonlijke verwacht liever
dan te zwichten. Doorgaan berouwt (**).
.
Troebelig als op een terp,e
als gekweld een paard bestijgen. 
Het is geen kwestie als van rovers die dwalend verrijken.
De maagdelijke persoon divineert: engageert niet.
Tien stammen (*), dan engagement.
.
Halverwege: begenadiging blijft divineren,
begenadigend het prinselijke te reguleren.
.