| We kijken ernaar en zien het niet, men noemt het subtiel. |
| We luisteren ernaar en horen het niet, men noemt het klankloos. |
| We tasten ernaar en raken het niet, men noemt het onbewogen. |
| ... |
| Deze drie zijn niet (geheel) kenbaar. |
| Daarin vallen zij samen om eenheid te formeren. |
| ... |
| Betreffende Eén: |
| er is geen grootsheid daarboven, geen oorspronkelijke kleinheid daaronder. |
| Grenzeloos vertakt werkend, |
| is het onnoembaar en keert terug tot niet-zijn. |
| ... |
| Dit heet vorm van het ongevormde, |
| beeld van het beeldloze, |
| onbeschaafdheid van het vage. |
| ... |
| Achter volgend zie je de rug niet, |
| ... |
| van voren naderend zie je het aangezicht niet. |
| ... |
| Zich houdend aan het Tau van nu, |
| kent men het ontspringen en het oude. |
| ... |
| ..........Dit heet: De draad van
Tau. |
| ... |
| |
| |