Het hert jagen in het woud, zoals dat in de tekst van de 3e beweeglijke lijn
van #3 geformuleerd wordt, houdt naast de algemene zwangerschapssymboliek van
dit hexagram (en de wenselijkheid van een gids) ook een verwijzing in naar bijv. de
Hindoe- en Boeddhistische tradities zowel als naar de Keltische overlevering.
Zo zijn de zgn. Oepanishads onderdeel van de Aranyakha's, de woudboeken;
wat verlichte leraren als onderricht/inwijding op mondelinge wijze doorgaven
aan hun leerlingen.
Prins Siddharta beëindigde diens zoektocht naar de hogere waarheid onder de
bodhi-boom, waarna hij als Boeddha een aantal geestelijke zoekers toespreekt in
het hertenpark.
 
Astrologisch associeert 'herten' zowel met Mercuriuskwesties als met
Jupiterkwesties. (Waarbij Jupiter dan het grote hert, de eland is).
Astrologisch worden de vier Beweeglijke tekens Tweeling, Maagd,
Boogschutter en Vissen, welke met Mercurius en Jupiter geassocieerd
worden, beschouwd als de tekens van 'leren' en 'onderwijzen'.
Respectievelijk; basis-opleiding, benoemend onderscheidings-
vermogen, hogere opleiding en het vermogen tot door laten (schemeren).
 
 
Opmerkelijk is bovendien de klankovereenkomst tussen het engelstalige 'Deer'
(herten) en 'Dear'(geliefden). Die dan ook vaak met reeën-ogen gezien worden.
In de TTT worden leerlingen 'de schat van de goede' genoemd, terwijl 'geliefde'
zowel een benaming is voor leerlingen die een inwijding volgen (klassiek), als een
aanduiding voor God (in Soefi-literatuur).
 
 
Ook bij de Kelten en hun voorgangers vonden de inwijdingen in het woud plaats,
terwijl we hier eveneens herten-symboliek zien.